wiskunde

in de klas

Elke schooljaar worden er per klasgroep doelen vooropgesteld, in het groepswerkplan.
De focus ligt op de basisvaardigheden (getallenkennis tot 1000, optellen en aftrekken tot 100, maal- en deeltafels, meten en metend rekenen,…) Sommige leerlingen zullen meer leerstof kunnen verwerken en andere leerlingen bereiken deze doelen misschien niet.
Per leerling wordt er gekeken welk aanbod en welke zorg nodig is.

We werken volgens de ijsbergdidactiek.
In de praktijk wil dat zeggen dat we stap voor stap opbouwen naar ‘formele rekensommen’. Er wordt veel materiaal gebruikt en leerlingen moeten deze materialen manipuleren. We proberen het inzicht te vergroten en staan langer stil bij de basis. Dit loont wanneer de leerlingen klaar zijn voor ‘droge sommen’.
Na het aanbrengen en inoefenen van leerinhouden, wordt er geautomatiseerd via rekenspelletjes.
Elke dag wordt er een kwartier ‘automatisatie’ gepland, het rekenkwartier.

Naar top